top of page
Zoeken

De 6 pilaren van Imaan (Geloof).

  • Foto van schrijver: Firdaous
    Firdaous
  • 5 nov 2020
  • 5 minuten om te lezen

Imaan betekend taalkundig; geloven (bevestigen). Religieus gezien betekend imaan; iets waar je met het hart in gelooft, wat je met de tong uitspreekt èn wat je met de ledematen uitvoert.


1. De eerste pilaar; Het geloven in Allah ﷻ.

Het geloven in Allah ﷻ bevat 4 zaken;

1. Het geloven in het bestaan van Allah ﷻ.

Zowel al-fitrah (de natuurlijke aanleg), als het verstand, als de religie, als de waarneming duiden op het bestaan van Allah.

De naturlijke aanleg duidt op het bestaan van Allah, odmat het in de natuurlijke aard van elk schepsel zit om in zijn Schepper te geloven, zonder voorafgaand nadenken of onderwijs. Het verstand duidt op het bestaan van Allah omdat alle voorgaande en toekomstige schepsels wel een Schepper moeten hebben.

2. Het geloven in zijn Heerschappij.

Dat wilt zeggen dat Hij alleen de Heer is. Hij heeft geen deelgenoot of een helper. Ar-Rabb (de Heer) is Degene aan wie de schepping, de heerschappij en het bevel toebehoort. Er is geen Schepper behalve Hij.

3. Het geloven in Zijn Goddelijkheid.

Dat wilt zeggen; dat Hij de enige ware God is, Die geen enkele deelgenoot heeft. Het woord God (ilaah) betekend; de aanbedene (ma'loeh) uit liefde en verering.

4. Het geloven in Zijn Namen en Eigenschappen.

Het bevestigen van de Namen en Eigenschappen die Allah voor Zichzelf heeft bevestigd heeft in de Koran of in de Sunnah van de Profeet Mohammad ﷺ.



2. De tweede pilaar; Het geloven in de Engelen.

De Engelen (al-malaa'ikah) zijn een verborgen wereld. Ze zijn geschapen en toegewijd aan Allah ﷻ. De Engelen bezitten geen enkele eigenschap van de heerschappij en goddelijkheid. Allah ﷻ heeft ze van licht geschapen, en heeft ze begunstigd met volledige onderwerping aan Zijn bevel, en met de kracht om de bevelen uit te voeren. Daarnaast zijn zij in zulke grote aantallen dat alleen Allah ﷻ hun aantal weet.


Het geloven in de Engelen impliceert 4 zaken;

1. Het geloven in hun bestaan.

2. Het bij naam geloven van wie wij de namen kennen (zoals Djibriel). Degenen van wie wij de namen niet kennen, daar geloven wij globaal in.

3. Het geloven in hun eigenschappen die voor ons bekend zijn.

4. Het geloven in wat wij weten van hun daden die zij verrichten uit bevel van Allah ﷻ, zoals dat zij Hem prijzen en verheerlijken en dat ze dag en nachg aan Hem zijn toegewijd, zonder verveling of vermoeidheid. Het is daarnaast mogelijk dat sommigen van hen speciale taken hebben.



3. De derde pilaar; Het geloven in de boeken van Allah ﷻ.

De boeken (al-kutub) is meervouw van boek (kitaab), en dat betekend; datgene wat staat opgeschreven. De bedoeling van de boeken hier is; de boeken die Allah ﷻ heeft neergezonden naar Zijn boodschappers, als genade en leiding voor de schepping, zodat zij hun geluk behalen in het wereldse leven en het hiernamaals.


Het geloven in de boeken impliceert vier zaken;

1. Het geloven dat de neerzending van de boeken werkelijk van Allah komt.

2. Het bij naam geloven in de boeken waar wij de namen van kennen, zoals de Koran die neergezonden is naar Mohammad ﷺ, de Tawraar (Thora) die neergezonden is naar Moesaa, de Indjiel (Evangelie) die neergezonden is naar 'Iesaa en de Zabier (de Psalmen) die Daawoed ongvangen heeft. Als het gaat om de boeken waar wij geen namen van kennen dan geloven wij daar globaal in.

3. Het geloven in de authentieke vermeldingen die in deze boeken staan, zoals alle vermeldingen van de Koran en de vermeldingen in de vorige boeken (die er voor de Koran waren) die niet veranderd of vervalst zijn.

4. Dat men handelt naar de wetgevingen die niet ongeldig zijn verklaard, er tevreden mee is en zich eraan overgeeft. Of we nu de wijsheden ervan begrijpen of niet. Daarnaast zijn al de wetgevingen van de vorige boeken ongeldig verklaard aan de hand van de geweldige Koran. Dat wilt zeggen; dat de Koran bepalend is over de vorige boeken. Hieruit volgt dat het niet toegestaan is om te handelen naar welke wetgeving van de vorige boeken dan ook, behalve wat daar authentiek van is en door de Koran is bevestigd.



4. De vierde pilaar; Het geloven in de Boodschappers van Allah ﷻ.

De boodschappers (ar-rusul) is meervoud van rasoel (boodschappers). Een boodschapper is iemand die is gezonden om iets te verkondigen. Wat hier met boodschapper bedoeld wordt, is een mens aan wie een wetgeving is geopenbaard en die bevolen is om deze te verkondigen.


De eerste boodschapper is Nuh (Noah), en de laatste is Mohammad.

Allah ﷻ heeft naar elk volk een boodschapper gezonden met een onafhankelijke wetgeving, óf een profeet naar wie Hij de wetgeving openbaarde van een profeet vóór hem, om die te vernieuwen.


Daarnaast zijn de boodschappers geschapen mensen, die geen karakteristieken van de heerschappij en de goddelijkheid hebben.

De boodschappers worden ook door de mensenlijke omstandigheden getroffen, zoals ziekte, dood, de noodzaak aan voedsel, drank en andere zaken.


Het geloven in de boodschappers impliceert 4 zaken;

1. Het geloven dat hun boodschap de waarheid is, die van Allah ﷻ is gekomen. Wie dus ongelovig is aan de boodschap van èèn van hen, is ongelovig aan hen allemaal.

2. Het geloven bij naam in degenen van wie wij de namen kennen.

3. Het geloven in de authentieke vermeldingen die over ze gaan.

4. Het handelen naar de wetgeving van degene die naar ons gezonden is, namelijk de afsluiter van de boodschappers, de Profeet Mohammad ﷺ, die gezonden is naar de gehele mensheid.



5. De vijfde pillaar; Het geloven in de Laatste Dag.

De laatste dag is de Dag der Opstanding waarop de mensen zullen worden opgewekt voor de afrekening en de vergelding. Hij is zo genoemd omdat er geen dag erna komt, aangezien de paradijs bewoners zich zullen vestigen in hun verblijfplaatsen, en de hel bewoners zich zullen vestigen in hun verblijfplaatsen.


Het geloven in de Laatste Dag impliceert 3 zaken;

1. Het geloven in de opwekking. Daarmee wordt het herleven dan de doden bedoeld, nadat er voor de tweede keer op de bazuin zal worden geblazen. De mensen zullen dan opstaan voor de Heer der werelden, blootsvoets zonder schoenen, naakt zonder kleding en onbesneden.

2. Het geloven in de afrekening en vergelding. De dienaar zal namelijk worden afgerekend en vergolden voor zijn daden. Hierop duidt de Koran, de Sunnah en de consensus van de moslims.

3. Het geloven in het paradijs en in het hellevuur, en dat beide de eeuwige eindbestemming zijn van de schepping.



6. De zesde pillaar; Het geloven in de Voorbeschikking.

Al-Qadar: daarmee wordt de voorbeschikking van Allah ﷻ bedoeld over de schepsels, op basis van Zijn voorgaande Kennis en van wat Zijn Wijsheid bepaalt.


Het geloven in de voorbeschikking impliceert in 4 zaken;

1. Het geloven dat Allah over alles kennis heeft; zowel globaal als in detail, in de beginloze en eindeloze eeuwigheid. Ongeacht of dit nou te maken heeft met Zijn Eigen handelingen of met die van Zijn dienaren.

2. Het geloven dat Allah deze kennis opgeschreven heeft in Al-Lawh Al-Mahfoedh (Het Welbewaarde Paneel).

3. Het geloven dat alles wat bestaat enkel kan bestaan met de Wil van Allah. Ongeacht of dit nou te maken heeft met Zijn Eigen handelingen of met de handelingen van de schepsels.

4. Het geloven dat alle schepsels geschapen zijn door Allah in hun gedaante, eigenschappen en bewegingen.


 

Legenda

Salallahu aleyhi wa salaam: Allah's zegeningen en vrede zij met hem. Dit dient een Moslim te

zeggen nadat Profeet Mohammed ﷺ genoemd wordt.

 

Subhana wa ta'ala: Geprezen en verheven is Hij. Dit dient een Moslim te zeggen nadat Allah ﷻ genoemd wordt.


Bronnen

Deze informatie komt vanuit het boek; Uitleg van de Drie fundamenten van de Islaam – Sheikh-ul-Islaam Mohammed At-Tamiemie vertaald door Mohamed Bendaoud.


1 Comment


bottom of page